Leefbaarheid is een onderwerp dat steeds populairder wordt. Zeker op het platteland, en met name in krimpgebieden, speelt het een grote rol. Het moet aantrekkelijk blijven om op het platteland te wonen. Een dorp wordt levendig door het organiseren van activiteiten en het stimuleren van projecten. Daarnaast is het voor ondernemers belangrijk dat ze ondersteund worden, zodat ze bijvoorbeeld een ambachtelijk product op de markt kunnen brengen of een internetwinkel op kunnen zetten. Wat een stad aantrekkelijk maakt is de drukte, de vele activiteiten die er georganiseerd worden en de hogere werkgelegenheid. Door de kleinschaligheid moet dit op het platteland meer gestimuleerd worden. Hier speelt de overheid een grote rol in.

LEADER

Eén van de programma’s die probeert de leefbaarheid te vergroten, is LEADER. De Europese Unie heeft meerdere gebieden aangewezen als LEADER-gebied. Het Hoogeland in Noord Groningen is één van die gebieden. Het Hoogeland heeft te maken met krimp; er vertrekken meer mensen uit het gebied dan zich er vestigen. Om de negatieve gevolgen hiervan tegen te gaan, probeert LEADER initiatieven van inwoners, ondernemers en organisatie uit het gebied te stimuleren. Hiervoor heeft ze vier thema’s opgezet: (1) Landbouw & Landschap, (2) Leefbaarheid, Sociale Vitaliteit & Plattelandseconomie, (3) Identiteit, Cultuur & Toerisme en (4) Samenwerken & Netwerken.

Landschapsgeschiedenis

Landbouw gaat niet alleen over het stimuleren van de plattelandseconomie en het duurzaam gebruik maken van de natuurlijke hulpbronnen, maar ook over de cultuurhistorie en de ecologische en aardkundige waarden van het landschap. Het Hoogeland heeft een unieke en rijke cultuurhistorie. Zo zijn dorpen vaak gebouwd op een wierde, een verhoging, om de gevolgen van een overstroming tegen te gaan. Daarnaast staat het gebied bekend om haar maren (smalle, ondiepe slootjes) en haar borgen (burchten). Dit cultuurlandschap moet je in ere houden. Weten waar je vandaan komt en wat je geschiedenis is vergroot niet alleen de identiteit en de sociale samenhang, maar wekt ook de interesse van andere mensen. Het leidt dus tot meer toerisme. Dit wordt door LEADER bijvoorbeeld gedaan door oude kerken te herstellen en molens te restaureren.

Samen sta je sterker

Samenwerken is ook van groot belang om de leefbaarheid op het platteland te vergroten. Het voordeel is dat dorpsgenoten elkaar vaak al kennen en de lijnen tussen mensen dus kort zijn. Op deze manier kan samenwerking heel makkelijk en snel ontstaan. Een voorbeeld van een LEADER project waarbij samenwerking centraal staat, is de ‘Multifunctionele Buitensportaccommodatie Uithuizermeeden’. Tijdens dit project hebben drie verenigingen de handen ineengeslagen om een nieuw sportcomplex van de grond te krijgen. Door samenwerking kun je meer brainstormen en ideeën ontwikkelen, de lasten dragen en makkelijker projecten opzetten. Hetzelfde geldt voor netwerken. Als ondernemer is het bijvoorbeeld prettig om deel uit te maken van een groot netwerk. Dit zorgt voor meer media-aandacht en reclame en dus meer omzet. Dit zien we bij het project ‘Streekproducten’. Een netwerk komt, in een andere vorm, ook voor bij belangenorganisaties zoals de ‘Vereniging Groninger Dorpen’.

Mechanismen en effecten

Uiteindelijk heeft LEADER Hoogeland 298 projecten gestimuleerd in de periode 2007 – 2013. Aan de hand van deze projecten wil LEADER dat er nieuwe initiatieven ontstaan, samenwerking tot stand komt en de leefbaarheid vergroot. Dit wordt bereikt door een aantal mechanismen. Er ontstaat bijvoorbeeld een gevoeld van trots voor je vereniging of trots op het landschap waar je woont. Dit versterkt het immateriële effect sociale identiteit. Andere voorbeelden zijn gezelligheid, promotie, kunst, naamsbekendheid, betrokkenheid, wandel- en fietspaden enz. Al deze mechanismen leiden tot een immaterieel effect en uiteindelijk tot het grote doel van LEADER: het platteland leefbaar maken!