Het sociale en economisch leven in Nederland is tot stilstand gekomen. Waar anderhalve week geleden nog een beetje lacherig werd gedaan over wel of geen handen geven, is nu met meer dan twee mensen naast elkaar lopen ‘asociaal’ geworden. Bijna iedereen werkt thuis. Behalve mensen in vitale beroepen, zorg, transport, voedsel. Beroepen die tot voor kort nooit zo werden genoemd. Nu klappen we ‘s avonds voor hen en luiden de klokken. Niet iedereen ervaart dat als steun blijkt uit kranten en tv-berichten. Een aantal vraagt zich af waarom de waardering nu pas komt. 

Ik lees een interessant boek over irrationaliteit. Het begint met een fantastisch verhaal over de Griekse filosoof Hippasus, die bewees dat de diagonaal van een vierkant een irrationeel getal is. Zijn bewijs lijkt een daad van grote rationaliteit. Toch wordt hij verdronken door de Pythagoreeërs, omdat hij hun waarheid ontkent, namelijk dat getallen altijd rationeel moeten zijn. Hun daad om hem te verdrinken is in hun ogen rationeel. In onze ogen echter is het een daad van grote irrationaliteit. Dit is het thema van het boek, in de strijd tegen irrationaliteit wordt veel irrationeel gehandeld.

Terug naar Corona. De oproep van de regering is perfect rationeel. Om de ziekte te beperken en de besmetting in de bevolking te temperen is het belangrijk om anderhalve meter afstand te houden. Er wordt een beroep gedaan op mensen om voorzichtig te zijn en niet naar buiten te gaan als dat niet hoeft. Arjen Lubach die in alle andere gevallen het gezag humoristisch bekritiseert is opeens de grote verdediger van dit rijksbeleid geworden.

Binnen een week is het asociaal geworden om samen boodschappen te doen, met elkaar te voetballen in het park of naar je werk te gaan. Binnen een week is de rationaliteit omgedraaid. Wat vorige week nog heel rationeel was, sociale contacten onderhouden, samen dingen te ondernemen, je geld verdienen op je werk is binnen 7 dagen irrationeel geworden. je bent asociaal als je dat doet.

Dat werpt een interessant perspectief op wat normaal is en hoe we mensen normaal kunnen maken (disciplineren). In ons onderzoek naar zogenaamde kwetsbare mensen, mensen met (te) weinig geld, (te) weinig vrienden, zonder huis, zonder werk, komt dat vaak naar voren in de gesprekken die wij voeren. Voor de meeste mensen is normaal een rust-stand. Als je verder niets hoeft of doet, ben je normaal. Voor ‘kwetsbare’ mensen is normaal juist op je tenen lopen, allesbehalve relaxt. Zij kunnen ook heel goed uitleggen wat ‘normaal’ is. Dit in tegenstelling tot de meeste mensen, voor wie ‘normaal’ zo normaal is dat ze er niet eens meer bij nadenken.

“ik weet precies wat normaal is. het is mij 20 jaar geleerd, 24 uur per dag en 7 dagen per week, als ik niet normaal deed kreeg ik straf” zei een jongen die bijna zijn hele jeugd in ‘inrichtingen’ had gewoond.

Wat betekent dit nu. Wel. Het blijkt dat we allemaal een verschil maken tussen wat normaal en niet-normaal is. Dat is heel vanzelfsprekend, heel normaal. Zo normaal dat we dat  niet eens meer hoeven uit te leggen. Mensen die niet normaal zijn, moeten normaal gemaakt worden, voor hun eigen bestwil, maar vooral ook voor ons, wij vinden het lastig om met niet normale mensen om te gaan. Zij stellen wat wij normaal vinden ter discussie.

Zoals ik begon blijkt echter dat normaal – rationeel – heel snel kan veranderen. Binnen een week is het omgedraaid. Alles wat normaal was is ongewoon en wat onvoorstelbaar was is is gewoon normaal geworden.

Misschien helpt ons dat straks, als alles weer normaal is geworden, een beetje voorzichtiger te zijn met mensen die zogenaamd niet normaal zijn. Staan we niet meteen in de actie-stand om hen normaal te maken. Maar proberen we hen te begrijpen, maar vooral ook nemen we hen serieus. Het is vaak niet het (onverantwoordelijk) gedrag dat hun situatie anders maakt dan de onze. Net als met de maatregelen tegen Corona zijn het externe oorzaken die bepalen wat normaal is of wat normaal gevonden wordt.