De geschiedenis

Het basisinkomen; hoewel het niet een nieuw onderwerp is, wint het de laatste jaren steeds meer terrein. Thomas More dacht in 1516 als één van de eersten na over een basisinkomen; hij noemde dit een gegarandeerd minimuminkomen. Hij betoogde dat een minimuminkomen criminaliteit tegen zou gaan. Mensen hebben van nature een overlevingsmodus, waarbij voedsel één van de belangrijkste basisbehoeften is. Wanneer voedsel dus niet op legale wijze te krijgen is, gaan mensen over op illegale manieren om aan voedsel te komen. Volgens Moore vermindert diefstal als iedereen in deze basisbehoefte is voorzien. Een ander voorbeeld van basisinkomen in het verleden, is de negatieve inkomstenbelasting van de Britse ambtenaar en politiek activiste Juliet Rhys-Williams. Met deze regeling zouden mensen die minder dan een bepaald vast bedrag verdienen, geld ontvangen van de overheid in plaats van dat ze belasting moeten betalen. Het laatste voorbeeld dat ik hier noem, is het gewaarborgd inkomen van Martin Luther King Jr. Hij gaf aan dat problemen als huisvesting en onderwijs (voor een deel) zullen oplossen door een gewaarborgd inkomen. Als iemand de zekerheid heeft van een stabiel en solide inkomen, zal hij opzoek gaan naar manieren om zichzelf te verbeteren.

Gelijkwaardigheid

Door het invoeren van een basisinkomen zorg je voor gelijkwaardigheid in de grondbeginselen van levensstandaard; je neemt een deel van de ongelijkheid weg. Ongelijkheid heeft een negatieve invloed op veel sociaal economische onderwerpen. Zo leidt grotere inkomensongelijkheid bijvoorbeeld tot meer voortijdig schoolverlaten en zijn scores voor wiskunde en literatuur lager in landen waar de inkomens meer ongelijk zijn dan in landen waar de inkomens meer gelijk zijn (The Spirit Level: Why equality is better for everyone; Richard Wilkinson & Kate Pickett). Daarnaast komt er meer overgewicht voor in landen met grotere inkomensongelijkheid, een slechtere gezondheid, meer zuigelingensterfte en een lagere levensverwachting; om maar een paar dingen te noemen. Natuurlijk bestaat de groep allerrijksten nog steeds met het basisinkomen, maar de ‘overige’ groepen nivelleren. De ongelijkheid neemt dus af. Iedereen kan zichzelf voorzien in de basisbehoeften en heeft ruimte om te leven, ideeën te ontwikkelen, te leren of om helemaal niks te doen. Een basisinkomen is namelijk iets waar iedereen recht op heeft en waar iedereen mee mag doen wat hij/zij zelf wil.

Motiveren i.p.v. demotiveren

Uit onderzoek naar het basisinkomen, bijvoorbeeld het Mincome onderzoek in Canada, komt naar voren dat de meeste mensen blijven werken, naar school gaan of een eigen bedrijf opzetten als het basisinkomen wordt ingesteld. Met andere woorden: mensen investeren in zichzelf en hun eigen ontwikkeling. Dit is een heel ander effect dan bij een uitkering, waarbij werken bijna wordt afgestraft. Elke extra cent die wordt verdiend, word direct afgetrokken van je uitkering. Zelfs over vrijwilligerswerk wordt al moeilijk gedaan. Een uitkeringssituatie werkt dus niet echt motiverend om maatschappelijk actief te worden. Het werkt eerder maatschappelijke inactivatie en zwart werken in de hand. Op deze manier worden mensen aangezet tot vluchten in crimineel gedrag. Bovendien zit ons sociale zekerheidssysteem tegenwoordig zo complex in elkaar dat we door de bomen het bos niet meer zien. Door het instellen van het basisinkomen kunnen veel van deze complexe regelingen worden afgeschaft. Hiermee vervalt ook een deel van de bureaucratie en het wantrouwen. Dat kunnen we alleen maar toejuichen!

Daklozen in London

Rutger Bregman noemt in zijn boek ‘Gratis geld voor iedereen’ één van de mooiste voorbeelden van het basisinkomen. In London hebben ze in 2009 dertien daklozen eenmalig 3.000 pond gegeven, zonder dat hier verplichtingen aan verbonden waren. De enige vraag die werd gesteld, was: ‘Wat denk je zelf dat goed voor je is?’ Het resultaat van het onderzoek was dat iedereen heel zuinig was op zijn geld en vooral in zichzelf ging investeren, door bijvoorbeeld een cursus tuinieren te doen of een kookcursus te volgen. Na een jaar hadden elf van de dertien een dak boven hun hoofd en begonnen ze plannen te maken voor de toekomst. De conclusie van dit onderzoek: de meest efficiënte manier om geld te besteden aan daklozen is het ze gewoon geven.

Een tekort aan banen

We hebben bovendien tegenwoordig te maken met een tekort aan banen en in de toekomst wordt dit probleem waarschijnlijk steeds groter. Door automatisering verdwijnen er banen en door ontwikkelingen als prefab zijn er minder specialisten nodig. Gemeenten proberen mensen aan het werk te helpen door re-integratietrajecten uit te zetten. Het probleem is alleen dat als er geen werk is (of eigenlijk als er te weinig banen zijn), je deze mensen ook niet naar werk kunt begeleiden.

vacatures en werkeloosheid

Door het basisinkomen wordt dit waarschijnlijk (deels) opgelost. Mensen zoeken dan naar andere manier om maatschappelijk actief te zijn, laten zich omscholen om ergens anders op de arbeidsmarkt meer kans te krijgen of een baan wordt verdeeld over meerdere mensen door bijvoorbeeld een 20-urige werkweek in te stellen. Men is bang dat door het basisinkomen mensen thuis op de bank gaan zitten en niks meer gaan doen. Natuurlijk is er een deel dat inderdaad niet meer gaat werken, maar ik geloof dat het grootste deel van de mensen toch op een of andere manier maatschappelijk actief zal blijven. Dit blijkt ook uit onderzoek. Als ik naar mezelf kijk dan lijkt het me vreselijk om elke dag thuis te zitten en weinig uit te voeren. Mensen zijn van nature sociale en actieve wezens en halen waardering uit actief bezig zijn; hetzij op een creatieve manier, door de medemens te ondersteunen of door een eigen onderneming te beginnen. Het basisinkomen geeft ruimte om hier zelf invulling aan te geven. Hiermee neem je zorgen weg bij mensen en beïnvloed je indirect het geluksgevoel en de gezondheid van mensen.

Experimenteer

Het wordt tijd om de stoute schoenen aan te trekken en af te maken waar ze in de 16e eeuw al mee zijn begonnen. We hebben tegenwoordig de ruimte en de financiële middelen om het basisinkomen tot uitvoering te brengen. Het zou rust en ruimte scheppen in de hoofden van heel veel mensen en een deel van de problemen oplossen (zie ook het artikel schaarste).

Er zijn op dit moment al een aantal organisaties die met het basisinkomen experimenteren. Eén van die organisaties is de MIES in Groningen (Maatschappij voor Innovatie van Economie en Samenleving). MIES is een sociaal laboratorium dat experimenteert met nieuwe ideeën in de economie en samenleving. Door mensen samen te brengen, proberen ze met een kritische en creatieve blik naar oplossingen te zoeken. Ook Leeuwarden is volop bezig met onderzoek naar het instellen van een basisinkomen. En zo zijn er nog veel meer plekken en organisaties in Nederland die brainstormen en experimenteren met het basisinkomen. We zullen nog wel een lange weg te gaan hebben, maar er begint voorzichtig iets te borrelen.